donderdag 11 april 2019

Pasen: van grote en kleine verhalen


Pasen: van grote en kleine verhalen

Voor wie katholiek Pasen wil vieren is in de Goede Week meermalen in de Sint Jan te vinden.
Zó dicht bij huis kunnen wij de belangrijke gebeurtenissen van een mensenleven meemaken als we er oog en oor voor hebben. Het grote verhaal van Jezus lijden, sterven en wederopstanding – door de duisternis naar het licht.
Ik liep enkele weken geleden de Sint Jan in en vond daar een uitgebreide folder over de diverse vieringen, stiltes, de wake – uitvoerig muzikaal ondersteund door Schola Cantorum. Ik vroeg mij af waarom deze bezinningsweek niet minstens even belangrijk is als Kerstmis. Overal in het land worden op allerlei locaties retraites en stiltedagen gehouden, op tv trekt het jaarlijkse passiespektakel hoge kijkcijfers en de vele Matthäus Passion voorstellingen zijn uitverkocht. We kunnen daarentegen ook gewoon naar de Sint Jan gaan om hetzelfde verhaal te ervaren. Toch gebeurt dit niet, integendeel. Steeds meer mensen keren de kerk de rug toe met als bijverschijnsel het verlies aan betekenisgeving, terwijl er wel behoefte aan is. De vraag is of het seculiere leven in staat is de geest voldoende te voeden.
In de media wordt vaker gezegd dat instituties in de samenleving zoals politiek en bedrijf, “geen verhaal” hebben. Wie en wat zijn onze inspiratiebronnen, waar staan we voor en wat is echt belangrijk? Heel lang vervulde de kerk de behoefte aan beschouwing maar wat is er gebeurd met de verhalen die de weg wijzen? De vraag van vandaag is bovendien of het moreel kompas van de leiders aansluit bij de opvattingen van de dolende schapen. De grote verhalen zijn vooral ingeruild voor twitterstatements.

Vooruit, laat ik dan maar komen met een klein verhaal. Er wordt verteld dat tussen de avond van Witte Donderdag en Paaszaterdag de kerkklokken in Rome door de lucht paaseieren gaan halen. De klokken mogen dan niet geluid worden omdat katholieken in de rouw zijn door het sterven van Jezus. Het is het einde van een sobere periode voorafgegaan door de vastentijd. Het paasei mocht niet gegeten worden omdat het een dierlijk product is, door Paus Gregorius de Grote dit zelf bepaald in het jaar 640. Het paasei heeft dus religieuze wortels en heeft pas sinds een ruime eeuw een geduchte concurrent: het chocolade ei.
Als we met Pasen aan het ontbijt met de eitjes zitten kunnen we elkaar dit verhaal vertellen en na de Hoogmis luisteren naar de uit Rome teruggekeerde klokken van de Sint Jan.  We herdenken in de paasweek onze gestorvenen in de wetenschap dat we ook weer verder gaan. Na het lijden komt de verrijzenis, na de duisternis de bevrijding. Een universele paasgedachte.


Kerstklokken


Nieuwsuur, 14 december 2018: De kerken lopen in snel tempo leeg: “Mensen hebben het te druk voor God” zei de nieuwe bisschop van Roermond, Harrie Smeets.
Of dit zo gesteld de oorzaak is van de leegloop, is een understatement. In de jaren 60 is leegloop al ingezet zonder de huidige druk die aan mensen worden opgelegd of ze aan zichzelf opleggen. Vanaf de jaren 90 is de onuitputtelijke digitale beheers- en regeldruk ons bestaan gaan bepalen en in ons bewustzijn doorgesijpeld. De dalende interesse in het geloofsleven zette zich gestaag voort. Als gevolg daarvan verwacht het CBS dat tot 2030 duizend kerkgebouwen leeg komen te staan. Het is bijna niet voor te stellen dat hierdoor het beeld van onze dorpen en steden drastisch zal veranderen. Fysieke gaten worden opgevuld, net als de gaten in ons geheugen, maar ankerpunten zijn we kwijt.

In al die gebouwen hangen klokken. Het Bossche Klokkenluidersgilde vestigt de aandacht op het klokluiden in de hoop dat niet alle klokken het zwijgen wordt opgelegd. ’s-Hertogenbosch heeft nu nog 213 klokken, de meerderheid hangt stilletjes in een hoekje weg te kwijnen. Met het verdwijnen van de gebouwen heeft de klok helemaal niets meer te zeggen.
Daarentegen is klokgelui een autonoom fenomeen. Dat we geconfronteerd worden met het verdwijnen van kerken hoeft niet te betekenen dat de klok niet op zijn eigen merites beoordeeld kan worden. Daar waar de kerkelijke functie is verdwenen kan de klok voorzien in een seculiere behoefte. In plaatsen met levendige gilden gebeurt het al. Laatst hebben veel klokken in den lande geluid op initiatief van Greenpeace. Klokken luiden voor het klimaat, het was een groot succes. Veel mensen associëren klokken met vergane kerkelijke glorie. Het wil niet zeggen dat ze overbodig zijn! Gebruik ze net als in vroeger tijden in geval van nood, of kondig een blijde boodschap aan, zoals een huwelijk of geboorte.

Wat mij brengt op de geboorte van het kindje Jezus en het luiden van de Kerst-kerkklokken. Het verbaast mij elk jaar dat juist met Kerst de kerken vol zitten. Welk gevoel komt bovendrijven als op Kerstavond de klokken gaan luiden tegen middernacht? De Kerstdagen vertegenwoordigen immers bezinning waar het hele jaar door geen tijd voor is. Even proeven van de menselijke maat, buiten de onbegrensde hectiek van de dag. Het geluid van de kerkklokken roept verbondenheid op, of een gevoel van verlangen. Klokken werken als muziek in op onze diepgevoelde emoties. Dit geldt voor iedereen die ervoor openstaat.
Gaan mensen nog wel naar de nachtmis als er geen klok meer luidt om ons bijeen te roepen? Stil staren we dan nog naar papieren kerstklokjes in de kerstboom en denken we aan vervlogen tijden.

Til Palm, vicevoorzitter
Bossche Klokkenluiders Gilde
18 december 2018

zaterdag 14 april 2018

Bossche klokken

Wat je niet meer ziet, vergeet je. Dit geldt ook voor wat je niet meer hoort. Toch is niets zo in staat om herinneringen aan het verleden op te roepen als een luidende klok. De komende tijd gaat de aandacht van een groep enthousiastelingen in het bijzonder uit naar herstel van het “Klinkend erfgoed”. Als je klokken hoort luiden, bij verdrietige gelegenheden als een uitvaart, dodenherdenking, maar ook bij vreugdevolle, zoals de bevrijding van onze stad herken je het meteen.
Anderhalf jaar geleden heeft deze groep de handen ineengeslagen, nadat ze allemaal op eigen wijze hun liefde verklaard hebben aan de luidklok. Het is een geluid dat van oudsher deze stad en nog veel meer steden vulde en misschien wel overheerste op bepaalde momenten.

Kerken en klokken bepaalden vele eeuwen het beeld en de niet te negeren geluiden van het slaan van de uren, het luiden en het bespelen van de beiaard. Het zijn decibellen van een andere orde die collectief associaties oproepen. Ouderen zullen eerder het geluid beleven als iets wat ze kennen en bij jongeren roept het evenzeer gevoelsreacties op. Niet te vergeten is ’s-Hertogenbosch van oudsher een klokkengietersstad met beroemde namen als Geert van Wou en Gobel Moer.

De groep stelt zich ten doel om de klokken met de hand te gaan luiden waarvoor het Bossche Klokkenluidersgilde (BKG) een half jaar geleden werd opgericht.

De laatste jaren zijn in Nederland op verschillende plaatsen klokkenluidersgilden ontstaan. Veel klokken worden mechanisch aangedreven en dat leidt tot een keurig planmatig spel, wat saai en minder natuurlijk klinkt. Voor wie het handmatig luiden eens wil beleven, luistert naar het spel van het Utrechts Klokkenluiders Gilde dat op gezette tijden luidingen organiseert. Ook onze St. Jan wil graag klokkenluiders. Het BKG is gestart met het gilde en werkt samen met de Beiaardstichting, eigenaren van klokken en zij betrekt omwonenden bij de plannen.

In de Beiaardweek wordt een klokkenwandeling georganiseerd op zaterdag 21 april. Wie mee wil met de wandeling of wie interesse heeft in deelname aan het klokkenluidersgilde, zie de verwijzing naar de website.

Misschien vind je het allemaal niks voor jou. Waarom zouden we ons nog druk maken over een paar klokken uit het verleden? Daar stel ik tegenover: ook al heb je niets meer te maken met de kerkelijke traditie, dan nog is het jammer dat onze kerken (mét klokken) verdwijnen. Godsdienst in haar oude vorm hoeft niet terug te komen maar aan het gevoel van saamhorigheid heeft wel iedereen behoefte. En daar kunnen die oude klokken een belangrijke rol in spelen. Klokken hebben ziel.

Til Palm
https://boschboompjes.blogspot.com
www.beiaardonline.nl/bossche-klokkenluiders-gilde

maandag 7 december 2015

Column Jheronimus Bosch (JB) 2016 13-12-2015

Alweer, zult u zeggen. Dit is nog maar het begin! Het hele volgende jaar staat in het teken van onze locale held en Bossche schilder en dat gaan we merken. Ook DWDD had er lucht van gekregen. Hier in ‘s-Hertogenbosch wordt geklaagd dat het een feestje is voor de binnenstad, maar het programma van Matthijs van Nieuwkerk maakt er een echte randstedelijke happening van. We zagen de directeur van het Noordbrabants Museum in het publiek zitten nota bene! De Hooiwagen werd toegelicht door Friso Lammertse conservator van Boymans van Beuningen en kunstjournaliste Wieteke van Zeil van de Volkskrant. Ik kreeg toch even het gevoel dat Amsterdam aan de haal gaat met ons uithangbord! Daar protesteren we natuurlijk krachtig tegen. Waarom werd zo’n primeur niet aan de Stichting Jheronimus Bosch 500 gegund? Het is al erg genoeg dat alle originelen van JB die Nederland nog rijk is, in Rotterdam hangen. Vincent van Gogh zit ook al met zijn hebben en houwen in Amsterdam. Zelfs de Philips gloeilamp is naar de Zuidas vertrokken, wat een verraad aan de Brabantse trots. Heeft JB 500 ambities om de uniciteit van het project nog spraakmakender onder de aandacht te brengen? Het thema Visioen (van de Stad, van de Fantasie en van het Verstand) is interessant genoeg en mag best meer allure hebben voor buitenstaanders. Ik wed dat JB dan pas echt bekend wordt in den lande.

Wat vindt JB er nu zelf van?

Ik heb het hem gevraagd. Hij schudt af en toe meewarig zijn hoofd. Hij vindt het eigenlijk allemaal een beetje overdreven. “Waarom zoveel aandacht besteden aan mij. Ik lig al al 500 jaar in mijn graf. En nu je toch mijn mening vraagt: waarom ter ere van mij ook nog dat verdwenen puthuis en mariakapelletje herbouwen? Ik vind de Markt fraai genoeg tegenwoordig en ik ben blij dat ik nog kan zien waar ik vroeger heb gewoond. Het meest geniet ik van carnaval als op zondag boer Knillis wordt onthuld. Dan sta Ik midden in het blije gewoel vrolijk te worden van al die leuke muziek. Ik maak me trouwens wel een beetje zorgen over deze tijd, zo vanuit mijn hoge positie op de Markt. Ik heb gehoord dat mijn schilderij “de Hooiwagen” niet veel geholpen heeft om de mensheid te verbeteren. De hebzucht uit mijn tijd is alleen maar toegenomen. Ik hoorde zelfs een jong iemand zeggen dat de morele waarden die ik heb geprobeerd uit te beelden nu het etiket krijgen van “spruitjeslucht uit de jaren 50”. Hopelijk laten ze mij met rust op mijn sokkel en word ik niet omgesmolten.” Met veel gezucht en gesteun doet JB er verder het zwijgen toe.

We weten niets van JB’s zielenroerselen vandaar dat er vooral verhalen over hem zijn verschenen. Misschien was hij juist een heel pragmatische ambachtsman wars van het mysterieuze. Het is maar goed dat we over zijn leven in het duister tasten – dan prikkelen wij onze fantasie en zal hij altijd tot de verbeelding spreken. Dat is toch een prachtig symbool voor een middeleeuwse stad anno 2016.

zaterdag 3 oktober 2015

Column Theatraal gepeins 11-10-2015

Het zit me toch niet lekker. Dat theater. Ik heb al hele visioenen gekregen van oorlogstaferelen zoals een half gesloopte binnenstad, af en aan rijdende vrachtwagens, een toneeltoren die met donderend geraas ineenstort. Een compleet slagveld als bij het GZG. Het wordt stof happen, herrie van bouwactiviteiten doorstaan, hoestbuien krijgen van het stof. En dat allemaal voor een nieuw theater, dat er jaren over doet om te verrijzen op de vrijgekomen plek. Willen we onze binnenstad aan dergelijk geweld overleveren? Een nauwelijks begaanbare doorgang, geen kwinkeleren der vogelen in de casinotuin maar lawaai en stofwolken trotseren. Nee, het is geen nachtmerrie. Vanaf 2017 is dit het lot van de altijd zo vrolijke Parade. En niet voor een paar maanden, maar voor een beroerd lange tijd, want ontegenzeggelijk zal er iets tegenvallen. We vinden een paar botten van Frederik Hendrik, of de immense klus onder NAP loopt vast in de moerassige bodem, of er kiepert een onstabiele hijskraan om. Of er gaat een aannemer failliet die cruciale fouten maakt, dat kennen we zo langzamerhand.

Mijn laatste droom was dat we ons oude theater gingen opknappen. Het is een gezellig theater, zo hoor ik van meerdere vrienden, knus en intiem. Mag wel wat worden gemoderniseerd. De bescheiden omvang loopt in de pas met het huidige broekriembeleid. "Het aantal optredens van muziek-, dans- en toneelgroepen vermindert gestaag en gezelschappen hebben juist geld nodig om in leven te blijven", lees ik in het artikel “Vechten om het publiek” (NRC 10-9-2015). Subsidiëren van hoogwaardige en experimentele podiumkunsten om de naam hoog te houden van ’s-Hertogenbosch cultuurstad zou helemaal geen punt van discussie moeten zijn! Het is een mooie droom als alle programma’s gewoon door kunnen gaan in ons populaire theater. Niet alles hoeft op de schop. Een tijdelijke onderbreking tijdens de noodzakelijke opknapbeurt overleven we wel. En we houden vele miljoenen in de gemeentelijke zak.

Een nieuw of een oud theater: het is uiteindelijk maar een gebouw. De voorliggende vraag is geheel niet beantwoord. Wat wil de de stad met haar cultuuraanbod? Er had al publiekelijk over nagedacht moeten worden en zeker nu de aangekondigde bezuinigingen bij de Verkadefabriek en de Toonzaal als een bom zijn ingeslagen. Een nog groter theater bouwen en een goedlopend aanbod elders de nek omdraaien, dat klopt toch niet?

donderdag 6 augustus 2015

Atoombom op Hiroshima

Op 6 augustus 2015 om 12.15 is het elfgelui in werking gezet ter nagedachtenis aan die verstrekkende gebeurtenis in Hiroshima, 70 jaar geleden. Het deed mij goed te zien dat er veel belangstelling was en dat ook de St. Jan van zich heeft laten horen. Ik hoorde dat er een boek uitkomt in oktober met alle klokken van de St. Jan erin beschreven en dat er een website in de maak is. Is dit het begin van een revival? Laten we het hopen! Til Palm

maandag 3 augustus 2015

Column Klokkenspel 03-08-2015, een latente liefde

Wat is dat toch met de St. Jan? Zo’n mooie kathedraal, zelfs van de weg af zichtbaar in zijn volle majestueuze verschijning en als je dicht bij hem bent groots in zijn omvang met fijn beeldhouwwerk. Wat zo bij hem zou passen is dat hij écht geluid zou geven. Niet het lieflijke en vriendelijke carillon dat ons op de achtergrond trakteert op kwinkelerende bellen, maar het geluid dat door merg en been gaat.

Eén keer per jaar, bij de Dodenherdenking, laat de eenzame zware Bourdon op de Waalsdorpervlakte met de regelmaat van één galmende slag heel Nederland horen waar de klok toe in staat is: koude rillingen over de rug, een gevoel van schoonheid en verbondenheid. Tot dit jaar de klepel afbrak. De bevolking heeft inmiddels de reparatiekosten bijeen geschraapt om deze schandvlek weg te poetsen. Ook onze St. Jan heeft zijn eigen Bourdon die gegoten is door Jacob Noteman in 1641 en in de lijst met zwaarste klokken in Nederland op de 16e plaats staat. Een basklok die indruk maakt als hij van zich laat horen in solitair spel. En dan te weten dat deze imposante Noteman in zwaarte dubbel wordt overtroffen door een echte grote jongen in de Grote Kerk van Dordrecht.

Wat ik mis is het klokgelui, het door mensenhanden aangedreven harmoniserende klokkenspel wat hoort bij deze kathedraal. Het samenspel van zware naar lichte klokken of andersom. Het geluid waar je je niet aan kunt onttrekken en bij je binnenkomt. Het geluid dat je in beroering brengt, iets met je doet. Bij de opening van het Festival Oude Muziek in Utrecht op 29 augustus gaat het Klokkenluidersgilde aan de touwen hangen. Het gilde dat met zijn 80 vrijwilligers een overweldigend geluid vanuit de kerktorens laat horen op die dag. Wat zou het mooi zijn als de St. Jan deze waardige eer te beurt zou vallen. Niemand zou het een verstofte traditie vinden. Hij zou weer opvallen en zijn plaats opeisen. Opvallen niet alleen door zijn uiterlijk, maar ook omdat hij je naar binnen lokt. Een functionele roep van klokken, geluid door mensen gemaakt en niet door een elektromotor.

Op You Tube zijn mooie voorbeelden te vinden, bijvoorbeeld van de gerestaureerde klokkentoren van de hervormde Bovenkerk in Kampen. Prachtig middeleeuws Geert van Wou-klokgelui, wiens voetsporen in ’s-Hertogenbosch te vinden zijn. Erfgoed bestaat niet alleen uit restaureren van monumenten maar ook het in ere herstellen van dit oude ambacht. St. Jan heeft een elfgelui maar dat heb ik helaas nog niet gehoord. Op You Tube is alleen een disharmonieuze opname uit 2011 te vinden. Luister ook even naar het volgelui van de Dom in Utrecht, een filmpje van nog geen jaar geleden. St. Jan zou gelukkig zijn als hij zijn stem zo mocht verheffen!

Er valt nog wat te filosoferen over de tegenstelling tussen “lawaai” en “geluid”. Ik verwacht dat bepaalde mensen protesteren tegen een luidere St. Jan. Mensen protesteren ook tegen bands en muziekboxen. Qua decibel kan het een verrassende uitkomst opleveren. Het gaat er om of je bepaalde geluiden wílt horen en toelaten. Zelfs harde praters kunnen indringend geluid (of is het lawaai?) produceren. De St. Jan staat nu echter als een mooie brok steen te verpieteren. Want hij mag alleen op zondag vijf minuutjes zijn mond opendoen.